|
||||||||
|
Zanger Abdoulaye Nderguet (Tsjaad, 1972) is nog relatief onbekend in onze dreven, in zijn geboorteland en directe omgeving behoort hij al wel tot de muzikale top. Hij is al meer dan 40 jaar actief in de muziek, zijn succes begon tijdens een tournee met Papa Wemba. Met zijn typerende hoge stemgeluid doet hij denken aan de beroemde Malinese zanger Salif Keïta, hij kan diens troon overnemen nu Keïta heeft aangekondigd te stoppen. Dit is zijn vijfde album, hij werkt hier samen met het trio van de Franse organist/pianist Emmanuel Bex, Le Bex’tet met zijn zoon Tristan Bex op drums en cajon en Antonin Fresson op el. gitaar en basgitaar. Verder zijn te horen Olivier Ker Ourio (Parijs, 1964) op harmonica en niet alleen in mijn oren de troonopvolger van Toots. En verder de Braziliaanse zangeres Mônica Passos (Sao Paulo, 1956, woonachtig in Frankrijk sinds 1980), de Frans -Syrische fluitiste Naïssam Jalal en de ook uit Tsjaad afkomstige dj Afrotronix , zijn eigen naam luidt Caleb Rimtobanye. De namen van de muzikanten overziend, kan er niet anders worden geoordeeld dat het hier gaat om een ware supergroep. De muziek is een fraaie mix van Afrikaanse klanken met een instrumentatie uit de Westerse muziek zoals Hammondorgel, el. gitaar en bas. Het resultaat is uitermate boeiende muziek. Bezwerende klanken die je meevoeren op een fantastische muzikale reis, hetgeen vooral te danken is aan de hypnotiserende zang van Abdoulaye. De muziek is zeer uiteenlopend, er zijn de typische Afrikaans getinte nummers zoals openingsnummer “Amdagor” en de in het Frans gezongen nummers waarop hij o.a. wordt begeleidt door het fraaie chromatische harmonicaspel van Ker Ourio, hier is sprake van pure chansons. Heel fraai is het opzwepende “Juste un rêve” waarop ook Mônica en Naïssam zijn te horen, heerlijke muziek met een onweerstaanbaar ritme. De entree van “Adieux” doet denken aan de muziek van Ladysmith Black Mambaza uit Zuid Afrika waarna de stem van Abdoulaye en het fluitspel van NaÏssam etherische sferen oproept. Het duet van Abdoulaye en Mônica in “Djamila” is hartveroverend en gelijktijdig aangrijpend. En zo rijgen de muzikale juweeltjes zich aaneen, een van de hoogtepunten is het gevoelvolle “On croit déjà” met fraai spel van Olivier Ker Ourio. Puur vocaal is het swingende “Makendja Kekoum” waar de stemmen alle instrumenten doen vergeten, razend knap. Nog een hoogtepunt is het sfeervolle “Dans ma météo” met een hoofdrol voor Ker Ourio die hier weer eens bewijst dat hij zonder enige twijfel in de voetsporen is getreden van Toots, geweldig. Ook het hypnotiserende “Regarde le ciel” met subtiel gitaarspel, ijle fluitklanken en zacht zoemend orgelspel kan niet ontbreken op het rijtje hoogtepunten, een instrumental, maar wat voor een ! Het album eindigt met “Bardjal” waarin Afrotonix is te horen, normaliter ben ik niet zo gecharmeerd van dj’s en hun elektronische beats maar hier werkt het prima. Kortom dit album kan ik een ieder van harte aanbevelen, liefhebber van Afrikaanse klanken, Franse muziek, blues, jazz om het even dit moet je horen. Jan van Leersum.
|